In de acht van de circa elf draaidagen waarvan ik het setgeluid heb verzorgd, heb ik gewerkt met een combinatie van mke2 en cos11d lavalier mics, een akg ck93 se300b als “mono” boommic en de Audio Technica BP4029 als Midside microfoon voor scènes waarin het van belang was om een meer stereobeeld te vangen, zoals in scènes met grotere groepen pieten.

Ik hengel altijd, maar maak tevens ook bijna altijd graag gebruik van zenders om de postproductie altijd keuze te geven. Het tempo tijdens de draaidagen lag hoog, waardoor er een afweging gemaakt moest worden tussen welk personage wel werd gezenderd en welk personage niet gezenderd werd. In sommige shots was het niet haalbaar om altijd dichtbij genoeg met mijn hengel te komen door bijvoorbeeld obstakels, waarbij een zendermic die zo clean mogelijk was van kledingruis erg van belang was. Bij het personage Bea Willemsbos, gespeeld door Ellen Rohrman,  vermeed ik het om een zendermicrofoontje onder haar te luidruchtig klinkende kleding te verstoppen. In de pruik van Bea verstopt was deze lavalier mic vrij van ruis en had ik op die manier een zendermic die erg goed klonk en goed gemixt kon gaan worden met de boommic. Andy van Veen en Noah Summers, die als poppenspelers de stagepietjes speelden, hadden vaak een lavalier mic letterlijk op hun gezicht geplakt. Ook hier weer om kledingruis tegen te gaan en het geluid schoner, beter en minder ruimtelijk op te kunnen vangen dan ik in sommige gevallen met de hengel kon. Sinterklaas zenderen bleek lastig te zijn. Het plaatsen van een zendertje net onder de snor geplakt van Sinterklaas vangt de stem dan namelijk wel mooi op, maar geeft teveel lijmachtige geluiden. Zo leer je tegelijkertijd bij een project als deze wat vooral niet werkt.